Album Review Progwereld.nl

A very nice review of Random Acts Of Liberartion by Progwereld: (english below)

Dutch:

Halverwege de jaren ‘90 timmert de Nederlandse progband Dilemma flink aan de weg, dit met onder meer hun wervelende en eigenzinnige debuut-cd “Imbroccata”. Dat album kan beschouwd worden als een legendarische mijlpaal in de vaderlandse progscene van dat moment, temeer daar de band enkele buitengewoon getalenteerde muzikanten in de gelederen heeft. We noemen drummer/violist Frank van Essen die later bij Iona is gaan spelen, maar we noemen toch zeker ook de bovengemiddeld goede toetsenist Robin Z.

Als Dilemma in 2012 met Collin Leijenaar op de drumkruk een reünieconcert geeft is dat de vonk om de band weer nieuw leven in te blazen. Naast Leijenaar en oerlid Z. wordt achter de schermen met gitarist Paul Crezee en bassist Erik van der Vlis hard gewerkt aan een nieuw album en ondertussen wisselt de band in de persoon van de Britse zanger/gitarist Dec Burke ook nog eens van frontman. Uiteindelijk vallen alle poppetjes op hun plaats en na een korte tour in het voorprogramma met Sons Of Apollo verschijnt op 2 november 2018 dan eindelijk “Random Acts Of Liberation”, het nieuwe wapenfeit van de band.

Het album bevat 14 nummers en duurt in totaal 72 minuten. Dat lijkt een hele kluif, maar de tijd vliegt voorbij als je zit te luisteren. “Random Acts Of Liberation” is een goedklinkend album vol moderne prog die een mengeling is van niet al te woeste progmetal, neoprog-achtige momenten, zinderende ballades, pakkende melodieën, statige vleugelpartijen en flitsende solo’s op gitaar en toetsen. We horen veel symfonische hardrock en hier en daar wat classic rock, ja er is zelfs artrock. Je duikt soepel van het een in het ander en dat komt op z’n minst door het uitgekiende drumwerk van Leijenaar. Ook de zang met z’n daarbij horende koortjes is lekker breedvoerig neergezet hetgeen subliem past bij de hoge leadvocalen van loodsman Burke.

Omdat de plaat een Spock’s Beard-, Flying Colors-achtige productie heeft wordt de toch al makkelijk te maken vergelijking met deze bands nog eens onderstreept. Hulde aan Collin Leijenaar voor zijn sound design. Het spettert op de plaat met al die variërende gitaren, die tomeloze toetsen en die daverende ritmesectie, maar het is er ook aangenaam warm en broeierig. Het feit dat Rich Mouser (Spock’s Beard) de mix heeft verzorgd zegt uiteraard een heleboel. Toch zijn het de productionele kwaliteiten van Leijenaar waardoor “Random Acts Of Liberation” kan bogen op een smaakvol, glashelder geluid dat ook op detailniveau interessant is. Er zitten loops en allerlei stemmetjes in de muziek verwerkt en ook zijn er passages viool en akoestische gitaar te horen, terwijl je de partijen op de vleugel ook tot deze categorie mag rekenen.

Je moet het album zien als een bubbel, als een comfortabele plaats waar alles mooi en goed is. Het overtuigende openingsnummer The Space Between The Waves trekt je met z’n krachtige riffs en z’n melodieuze refreinen direct al helemaal naar binnen en anders doet het beeldende Amsterdam (This City) dat wel. Het nummer kent drie gezichten, het begin is vlot, het tussenstuk kalm met viool, vleugel en een ondersteunende drumloop, terwijl het eind van de song lekker doordendert met een uitbundige Leijenaar.

Het geeft overduidelijk aan hoe ton sur ton alles hier in de bubbel is. Waar je je oor ook te luisteren legt, de variatie leidt nergens tot bont broddelwerk. Alles heeft een onmiskenbare Dilemma-signatuur, of je het nou hebt over de zinderende ballade Aether of over de bombastische epic The Inner Darkness, of je het nou hebt over de toegankelijke nummers All That Matters en Prodigal Son of over het heftige Pseudocomaphobia. Zoals gezegd zijn vergelijkingen makkelijk te maken, echter die eigen handtekening veegt deze net zo makkelijk weer van tafel. De pijlsnelle gitaarsolo in Aether doet erg aan Mark Bogert van Knight Area denken en wat dan nog. The Inner Darkness bevat passages in de lijn van Dream Theater en Kansas, so what.

In het korte Spiral Pt.II (Pt.I  staat op het vorige album) zit stemmig spel op de vleugel. Dit omlijst een stukje uit een toespraak van de Amerikaanse president Harry S. Truman waarin hij de bom op Hiroshima vergoelijkt en een betere wereld voorziet. Het vormt de aanzet voor het laatste gedeelte van het album en er is in tegenstelling tot menig lang cd-tje nul komma nul aanleiding de bubbel te verlaten. We krijgen nog vier bandnummers te horen waarvan het slepende Intervals keer op keer een glimlach op je gezicht zal doen toveren en ook de bijna-afsluiter Wonder (Not Of My Own) weet dat met grote regelmaat te bewerkstelligen. Het is de samenzang die je hiervoor verantwoordelijk mag houden. De haast gospelachtige allure ervan komt ontegenzeggelijk door het verleden bij Neal Morse van Leijenaar en z’n vrouw Jessica Koomen. Je hoort dat trouwens meerdere malen op de plaat. Het is precies dát beetje kleur waardoor “Random Acts Of Liberation” zo boven zichzelf uit weet te stijgen.

Het album eindigt met het door Leijenaar gecomponeerde The Mist Of Vale, een instrumentale lange fade out die het album meer dan waardig afsluit. Het stuk vraagt erom om de bubbel niet te verlaten en het album een doorstart te geven. Het is de band niet vreemd. – Dick v/d Heijde


English (by Google Translate):

In the mid-90s the Dutch prog band Dilemma is making a lot of progress, including their swirling and idiosyncratic debut CD “Imbroccata”. That album can be considered as a legendary milestone in the national prog scene of that moment, especially since the band has some exceptionally talented musicians in the ranks. We mention drummer / violinist Frank van Essen who later went to play with Iona, but we certainly also mention the above-average good keyboard player Robin Z.

When Dilemma gives a reunion concert with Collin Leijenaar on the drum stool in 2012, this is the spark to revive the band. In addition to Leijenaar and primal member Z. behind the scenes with guitarist Paul Crezee and bassist Erik van der Vlis hard work is being done on a new album and in the meantime the band in the person of the British singer / guitarist Dec Burke is also changing frontman. Eventually, everything falls into place and after a short tour in the support act with Sons Of Apollo on November 2, 2018 finally “Random Acts Of Liberation” appears, the band’s new achievement.

The album contains 14 songs and lasts a total of 72 minutes. That sounds like a lot, but time flies when you’re listening. “Random Acts Of Liberation” is a catchy album full of modern prog that is a mixture of not too fierce progmetal, neoprog-like moments, sizzling ballads, catchy melodies, grand piano movements and flashy solos on guitar and keys. We hear a lot of symphonic hard rock and here and there some classic rock, yes there is even art rock. You dive smoothly from one to the other and that comes at least through the clever drumming of Leijenaar. Also the vocals with its associated choirs have been laid out very broadly, which fits perfectly with the high lead vocals of lead man Burke.

Because the record has a Spock’s Beard-, Flying Colors-like production, the already easy to make comparison with these bands is underlined once again. Tribute to Collin Leijenaar for his sound design. It splashes on the album with all those varying guitars, those flashy keys and that thumping rhythm section, but it is also pleasantly warm and sultry. The fact that Rich Mouser (Spock’s Beard) has taken care of the mix obviously says a lot. Nevertheless, it is Leijenaar’s production qualities that enable “Random Acts Of Liberation” to boast a tasteful, crystal clear sound that is also interesting at the level of detail. There are loops and all sorts of voices in the music processed and there are also passages violin and acoustic guitar to hear, while you can count the parties on the wing to this category.

You must see the album as a warm bubble, as a comfortable place where everything is beautiful and good. The convincing opening song The Space Between The Waves immediately pulls you in with its powerful riffs and melodic choruses, otherwise the visual Amsterdam (This City) does. The song has three faces, the beginning is smooth, the middle part calm with violin, grand piano and a supporting drum loop, while the end of the song thunders with an exuberant Leijenaar.

It clearly shows how ‘ton sur ton’ everything is in the bubble. Wherever you put your ear to listen, the variation does not lead to fur-brodding work. Everything has an unmistakable Dilemma signature, whether you’re talking about the blistering ballad Aether or the bombastic epic The Inner Darkness, whether you talk about the accessible songs All That Matters and Prodigal Son or about the heavy Pseudocomaphobia. As I said, comparisons are easy to make, but that own signature wipes them off just as easily. The arrow-fast guitar solo in Aether is very reminiscent of Mark Bogert from Knight Area and so on. The Inner Darkness contains passages in the line of Dream Theater and Kansas, so what.

In the short Spiral Pt.II (Pt.I is on the previous album) there is a moody play on the grand piano. This framed a piece from a speech by the American president Harry S. Truman in which he whitewashes the bomb at Hiroshima and provides a better world. It is the start of the last part of the album and unlike many a long cd, it is zero point zero to leave the bubble. We get to hear four band songs of which the lingering Intervals will make a smile on your face again and again and also the almost-closing Wonder (Not Of My Own) knows how to achieve that with great regularity. It is the community singing that you can hold responsible for this. The almost gospel-like allure is undeniably through the past with Neal Morse from Leijenaar and his wife Jessica Koomen. You hear that several times on the record. It is precisely that little bit of color that makes “Random Acts Of Liberation” rise above themselves.

The album ends with Leijenaar’s composed The Mist Of Vale, an instrumental long fade out that makes the album more than worthy. The piece asks not to leave the bubble and give the album a new start. It is not strange to the band. – Dick v/d Heijde